zondag 28 juni 2009

De geest van Bril

De zaal is vol van een lome warmte en een gewijde stilte onder schel, profaan TL-licht. Mannen zitten zwijgend gebogen over hun borden en roeren afwezig in hun koffie.
Het zijn mannen met een missie. Hier wordt een ding gebouwd. Hier geldt slechts een doel: de stelling van de man aan de overkant verpulveren en het hart van zijn koning er uit rukken. Of iets banaler: een kwal veroveren, een goede loper laten penetreren, een pionnetje snoepen.
Hier wordt geschaakt.
Aan de zijkant van de zaal staat een man met een baard en zonder bril te praten met een man met een bril maar zonder baard. De voorzitter en Hiddo. Ik kan niet precies horen waar het over gaat maar ik woorden als 'jeugdteam, sponsor, kampioenschap' op.
Enkele spelers richten zich enigszins op uit hun gebogen houding en werpen een geïrriteerde blik richting het duo. Iemand loopt naar ze toe en legt een vinger op zijn lippen, er worden excuses gemaakt en twee meter verderop zetten de mannen hun gesprek voort. Bij het praten over schaken wordt zelden geschaakt.
Aan de bar wordt op zachte toon koffie en fris besteld. Bier nog niet, voor bier is het is nog te vroeg. Een schaker dient tenminste tot aan het middenspel nuchter te zijn. Pas in het eindspel kan enige alcohol helpen, hoewel er dan soms alsnog gewonnen of houdbare stellingen worden geruïneerd.
Er spelen deze avond weer een paar vrouwen mee. Dat was lang geleden. Volgens Levon Aronian is schaken te wreed voor vrouwen en daarom kunnen ze het niet.
De ene vrouw wint en de ander verliest. Daar worden we dus niet veel wijzer van. Misschien komen ze pas als de zon weer schijnt, als rokjesdag geweest is.
Enfin.
Na een paar uur komt er meer beweging. Het epicentrum verplaatst zich van rechts naar links van de zaal. Praten en schaken blijken opeens goed samen te gaan. De verliezer ziet het licht en realiseert zich hoe het had gemoeten. 'Maal f7 dus!!' De ander mompelt iets over tijdnood en dat het iedereen kan overkomen.
En dat is ook zo.

Goede schrijvers kunnen zelden schaken. Andersom komt meer voor. Martin Bril schaakte niet, lijkt me. Na een kwartier zou hij zijn weggerend naar een stukje dat wachtte om geschreven te worden, of naar een optreden op TV of een ander podium. Maar van hem had ik graag eens een column willen lezen over het leven op een schaakclub.


Schrijver en Volkskrant-columnist Martin Bril overleed enkele weken geleden. Om hem te herdenken vroeg de Volkskrant een aantal schrijvers een stukje te schrijven op de plaats en in de geest van Bril.
Mij helaas niet. Daarom doe ik hier een poging, in mijn eigen hoekje.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten